Kattenziekte

In Nederland wordt een kat of poes standaard ingeënt tegen niesziekte.

Niesziekte bij katten

Niesziekte kan acuut (plotseling) opspelen, maar kan ook chronisch worden. De ernst van de klachten verschilt.

Wat is niesziekte kat?

Er zijn twee virussen die acute niesziekte veroorzaken. De eerste is het zogenoemde Feline Herpes Virus. Deze geeft de ergste klachten, zoals: oogontsteking, niezen en snotteren.

De andere is het Feline Calicivirus. Deze geeft minder erge klachten. De klachten worden wel erger in combinatie met bepaalde bacteriën, zoals Bordetella Bronchiseptica. Er ontstaat bijvoorbeeld veel prut rondom de ogen.

Niesziekte kan op alle leeftijden ontstaan bij een kat. De ziekte komt dan ook vaak voor, vooral bij zwerfkatten, in fokkerijen en asielen. Kittens en katten met een lage weerstand worden snel ernstig ziek van de niesziekte.

Naast een verkoudheid is er dan kans op een longontsteking. Dit gaat vaak hand in hand met een slechte eetlust en uitdroging.

Hierdoor kan de gezondheid van een kat snel achteruitgaan. In extreme gevallen kan een kat zelfs overlijden. 

Symptomen niesziekte kat of kitten

Niesziekte moet u niet verwarren met een normale verkoudheid. Hoe jonger de kat, hoe erger de niesziekte is. Acute niesziekte bij uw kat of kitten kunt u bijvoorbeeld herkennen aan deze symptomen:

  • niezen, snot uit neus
  • rode ogen
  • koorts
  • sloom
  • eet weinig

Soms hebben katten ook last van:

  • overmatig kwijlen in combinatie met zweertjes op de tong
  • last van het hoornvlies (buitenste laag van het oog)
  • hoesten
  • benauwdheid (duidt vaak op een longontsteking)
  • oedemen (zwellingen in gezicht of aan poten)

Inenten om niesziekte te voorkomen

Voorkomen is beter dan genezen. En dat geldt zeker voor niesziekte. Uw kat loopt het virus al snel op doordat het ontzettend besmettelijk is.

En als uw kat het virus eenmaal te pakken heeft, houdt hij het levenslang vast. Zo’n 50 procent van de katten die niesziekte hebben gehad blijft besmettelijk voor andere katten.

Het is vergelijkbaar met een koortslip bij de mens. 

Katten worden standaard gevaccineerd tegen het Herpesvirus en Calicivirus die niesziekte kunnen veroorzaken.

Als een kat naar een plek gaat met een hogere infectiedruk, zoals een pension, raden wij aan om naast de standaard vaccinatie nog een neusenting te geven. Hiermee beschermen we de kat tegen een bacterie, Bordetella Bronchiseptica, die een toegangspoort vormt voor de virussen.

Moet ik ook mijn binnenkat laten vaccineren?

Ja. Het is verstandig om uw kat altijd te laten vaccineren tegen niesziekte. Dit virus wordt niet alleen overgebracht van dier tot dier maar ook via:

  • de omgeving (bijvoorbeeld via deurklinken, kranen of de vloer)
  • de lucht (bijvoorbeeld hoesten en niezen)
  • mensen (via handen en kleding)

Dit virus blijft zelfs na het handenwassen in leven. Uw kat kan dus ook ziek worden door u of uw visite.

En ook bij de dierenarts komt uw kat in aanraking met zieke dieren. Inenten tegen niesziekte is dus heel belangrijk.

Wel is het zo dat een strikte binnenkat een veel lager risico heeft op het oplopen van niesziekte.

Indien uw kat dus strikt binnen blijft en niet in contact komt met andere katten, is ons advies om uw kat één keer in de drie jaar te vaccineren tegen niesziekte en kattenziekte.

  •  

Diagnose niesziekte kat

De diagnose wordt door een dierenarts gesteld op het klinisch beeld (zichtbare symptomen).

De dierenarts kan daarna via het nemen van een monster (een zogeheten PCR-onderzoek) redelijk snel bevestigen of uw kat niesziekte heeft. 

Als uw kat inderdaad de ziekte heeft, dan gaat dit meestal vanzelf weer over. Alleen voor verzwakte of hele jonge kittens kan het levensbedreigend zijn. Hoe lang het duurt voordat de ziekte genezen is verschilt, het kan soms wekenlang zijn.

Ook kan een acute niesziekte blijvend (chronisch) worden. Uw kat blijft dan óf altijd snotteren (door het littekenweefsel dat is ontstaan in het slijmvlies in de neus) of de ziekte komt eens in de zoveel tijd terug. 

Behandeling en medicijnen niesziekte kat

De niesziekte kent geen echte behandeling of medicijn. Soms geven neusdruppels wat verlichting, maar meestal moet uw kat het virus uitzitten.

Wel kunnen bacteriële infecties als gevolg van de niesziekte worden behandeld met een antibioticumkuur.

Als de niesziekte bij een kat eenmaal chronisch is geworden, is genezing helaas niet meer mogelijk. Wel kunt u het aangenamer maken voor uw kat:

  • stomen maakt de neus van uw kat soepel en laat het snot er uitlopen. Neem uw kat daarom eens mee de badkamer in tijdens het douchen!
  • niesziekte zorgt ervoor dat uw kat minder goed ruikt en daardoor minder goed eet. Soms helpt het om het eten ietsjes op te warmen, zodat het sterker ruikt. Dit verhoogt de eetlust van uw kat.
  • neusdruppels voor baby’s werken ook bij katten. Alleen het druppelen bij uw kat is vaak nog een hele klus. Als dit niet lukt, forceer het dan ook vooral niet!

Katten die ernstig ziek worden van de niesziekte moeten opgenomen en behandeld worden. Dit gebeurt door middel van een infuus en pijnstilling.

Soms is er een neussonde (slangetje dat via de neus naar de maag gaat) nodig zodat de kat voldoende voeding binnenkrijgt. En vaak wordt ook de neus een paar keer gespoeld om alles mooi schoon te krijgen; 

 

Neussonde bij een kat  

Om bacteriën te doden die vrijkomen bij acute niesziekte worden soms antibiotica gegeven. 

Nazorg niesziekte

Katten die herstellende zijn van de niesziekte hebben soms vergroeiingen in de neus. Hierdoor blijft er snot uit de neus komen.

Dit is een goede bron voor bacteriën en zorgt ervoor dat katten chronisch of terugkerend verkouden zijn. Hier kunt u als baasje, of wij als dierenarts helaas niks aan doen. 

Het virus voor niesziekte kan aanwezig blijven in het zenuwstelsel van uw kat. De ziekte lijkt dan overwonnen, maar kan altijd weer terugkomen.

Zo’n herinfectie duurt vaak een dag of vier, omdat het lichaam van uw kat er dan snel op kan reageren.

Niesziekte kat besmettelijk voor mens?

De niesziekte is niet besmettelijk voor mensen. Er is één heel kleine uitzondering: de Bordetella Bronchiseptica. Dit komt alleen voor bij katten die leven in grote groepen en is besmettelijk voor mensen met een slechte weerstand. 

Ook uw hond is niet vatbaar voor de niesziekte van katten.