Vaccinatie

Vaccinatie bij schapen

Vaccins zijn injecties in de spier met stoffen die het immuunsysteem van uw schaap of geit ‘gecontroleerd’ afweerstoffen laten maken tegen bepaalde ziekteverwekkers.

 Als uw schaap of geit een infectieziekte krijgt, maakt het lichaam afweerstoffen tegen de ziektekiem (meestal een bacterie of een virus). Die afweerstoffen beschermen uw schaap of geit tegen het opnieuw krijgen van de ziekte. Uw schaap of geit is dan immuun voor die ziekte, soms wel levenslang. Als de ziektekiem opnieuw in het lichaam komt, herkent het immuunsysteem die meteen en maakt hem onschadelijk. Vaccins bevatten verzwakte of gedode ziektekiemen, onderdelen van de ziektekiem of stoffen die door ziektekiemen worden geproduceerd. Hierdoor maakt het lichaam ook afweerstoffen tegen de ziektekiem. Van het vaccin kan uw schaap of geit een klein beetje ziek van zijn (milde koorts, minder eten). Zo is het de bedoeling dat vaccins bescherming geven tegen infectieziekten zonder dat een schaap of geit de echte ziekte hoeft door te maken.

Het bloed

Het bloed wordt veroorzaakt door de bacterie Clostridium. Deze bacterie komt van nature voor in de darm, maar produceert onder goede optimale omstandigheden voor de bacterie gifstoffen waar zowel schapen als lammeren ziek van kunnen worden. Vaak zijn de dikste lammeren getroffen, omdat deze voldoende voedingsstoffen in de darm hebben. De ziekte verloopt meestal zo snel dat er geen verschijnselen worden waargenomen. We hebben 2 vaccins tegen het bloed, een combinatie vaccin met zomerlongontsteking (Heptavac-P) en een vaccin tegen het bloed alleen (covexin).

Heptavac-P:

Basisvaccinatie: 2 keer vaccineren met een tussentijd van 4 tot 6 weken, waarvan de tweede enting 4 tot 6 weken voor het lammeren. De lammeren krijgen zo via de biest afweerstoffen binnen tegen het bloed, wat ze ongeveer 6 weken beschermt. De bescherming van lammeren tegen zomerlongontsteking via afweerstoffen uit de biest ongeveer 2 weken.

Herhaling: jaarlijks eenmalig 4 tot 6 weken voor het lammeren.

Lammeren: vanaf 3 weken leeftijd en voor een optimale bescherming herhalen na 4-6 weken.

Covexin:

Basisvaccinatie: 2 keer vaccineren met een tussentijd van 4 tot 6 weken, waarvan de tweede enting tussen de 2 en 8 weken voor het lammeren.

Herhaling: eenmalig 2 tot 8 weken voor het lammeren.

Lammeren: vanaf 2 weken leeftijd.

Rotkreupel

Rotkreupel is één van de belangrijkste oorzaken van kreupelheid bij schapen en geiten en is moeilijk te bestrijden. Het wordt veroorzaakt en in stand gehouden door verschillende soorten bacteriën (o.a. Dichelobacter nodosus en Fusobacterium necrophorum) die samen de klauwen en tussenklauwhuid van het dier aantasten. De vaccinatie tegen rotkreupel is zeer effectief om de ziekte te voorkomen en om een infectie die er al is zo snel mogelijk onder controle te krijgen. De vaccinatie werkt 4-6 maanden effectief, het is dus verstandig om vlak voor een risicoperiode te gaan vaccineren. De injectie is pijnlijk en geeft een lokale reactie. In verband met de heftige reactie, is het niet verstandig drachtige dieren in de laatste twee maanden van de dracht te vaccineren.

Basisvaccinatie: 2 keer vaccineren met een tussentijd van 4 tot 6 weken.

Herhaling: voor iedere risicoperiode.

Lammeren: vanaf een leeftijd van 3 maanden.